'Buitenaardse wezens' op aarde: de blob en andere protozoën en beerdiertjes
Deze blob heeft geen hersenen, ogen of mond, laat staan armen of benen. Wat nog verrassender is dan zijn 720 geslachten – wetenschappers beschouwen dit wezen als een intelligent wezen.
Maar wat is dit voor wezen? Is het een dier, een plant of een schimmel? Volgens dr. Bruno David, de directeur van het Parijse MNHN (Muséum national d'histoire naturelle), is er geen duidelijk antwoord. Aan Reuters liet dr. David weten: "We weten zeker dat het geen plant is, maar we [weten] niet echt of het een dier of een schimmel is."
Taxonomen hebben de blob, samen met 900 andere verwanten, ingedeeld als 'Physarum polycephalum' in het koninkrijk van de protozoa. Het is een slijmzwam die officieel bekend staat als een plasmodium.
Foto: Frankenstoen / Flickr, Wikimedia Commons
Deze minibeestjes lijken echter niet op conventionele schimmels. Plasmodia zijn uniek omdat, zoals beschreven in het tijdschrift Forbes, "...elke individuele cel vele kernen bevat (de meeste dierlijke cellen hebben slechts één kern)".
Physarum polycephalum heeft zijn bijnaam 'Blob' misschien te danken aan de horrorfilm 'The Blob' uit 1958, waarin een buitenaards wezen met de naam Blob alles op zijn pad verorberde, maar gelukkig voedt de echte 'Blob' zich alleen met schimmels en bacteriën.
Afgebeeld: theatrale poster voor de film 'The Blob', 1958.
Dit vreemde wezen kan voedsel verteren zonder mond of maag door het te verteren met behulp van een enzym.
Studies hebben aangetoond dat het organisme de kortste route in een doolhof kan vinden en eerder bezochte gebieden markeert met het spoor van zijn slijm – en dat alles zonder hersenen.
Audrey Dussutour, Frans specialist in dierengedrag, is coauteur van een studie over de blob. Daaruit blijkt dat dit eencellige organisme lijkt op een 'anamorfe omelet' en dat het in staat is om dingen te leren ondanks dat het geen neuronen heeft.
Volgens de onderzoekers kunnen de protozoën zelfs verworven kennis doorgeven. Wanneer men twee blobs bij elkaar brengt, draagt het ene organisme zijn kennis over op het andere.
De voortplanting van de blob is niet zoals bij veel andere wezens, waarbij de eicel en de zaadcel samensmelten. Blob brengt informatie rechtstreeks over van een donorcel naar een ontvangende cel, wat op 720 verschillende manieren kan gebeuren. "Praten over geslacht is dus een beetje onnauwkeurig," zo verduidelijkt onderzoekster Audrey Dussutour.
In 2019 kreeg het mysterieuze wezen een sterrenrol in het Parc Zoologique de Paris. Hier ontdekten de verzorgers van 'Blob' ook dat het van havermout houdt en zich verplaatst om het te kunnen vinden... met een snelheid van vier centimeter per uur.
Afgebeeld: Scherm in Parc Zoologique de Paris 2019 dat een vergrote afbeelding geeft van een Physarum polycephalum.
Ook Marlène Itan, die de blob verzorgde, ondervond hoe creatief de protozoa kunnen zijn bij het zoeken naar voedsel. "De hele tafel hier lag vol. De blob was namelijk uit de petrischalen ontsnapt omdat hij alle schimmels en eiwitten in de havermout had verteerd. Hij doolde door de schaal en ging toen daarbuiten verder op zoek naar voedsel", vertelde ze aan het Duitse mediakanaal Deutschlandfunk.
Deze slijmzwam kan zijn volume elke dag verdubbelen en groeien tot enkele vierkante meters. Als je 'Blob' doormidden snijdt, is de cel binnen twee minuten weer functioneel. Geen wonder dat dit wezen al bijna een miljard jaar bestaat en dat het de wetenschappers fascineert.
"Dit schepsel is een van de mysteries van de natuur," vertelde dr. Bruno David, directeur van het MNHN aan Reuters.
De blob is echter niet het enige fantastische wezen dat wetenschappers bestuderen. Het volgende vreemde wezen kan zelfs onder de meest erbarmelijke omstandigheden overleven.
Het zijn echte overlevers die de extreemste temperaturen kunnen weerstaan, maar ook radioactieve straling, zuurstofgebrek of droogte. Zouden de beerdiertjes echter echt onverwoestbaar zijn?
Kenmerkend voor deze wezens is dat ze extreme omgevingsomstandigheden kunnen overleven door cryptobiose, ofwel schijndood.
Ze leven in vochtig mos of in de diepzee, op Antarctica, in het regenwoud of in de achtertuin. Eigenlijk overal, maar het is nog steeds bijzonder moeilijk om ze te vinden...
De reden is eenvoudig: ze zijn slechts tussen de 100 en 1500 micron groot. En ondanks hun naam hebben ze niets gemeen met beren. Ze worden beerdiertjes of tardigrada genoemd omdat hun trage bewegingen doen denken aan die van beren. Deze laatste, de wetenschappelijke naam, laat zich vertalen als 'trage stappen'.
Een onderzoek uit 2006 toonde aan dat inactieve beerdiertjes minstens een half uur een temperatuur van 151 °C kunnen overleven.
"Ik vermoed dat ze tientallen jaren in bevroren toestand kunnen overleven", verklaarde zoöloog en bioloog Georg Mayer (foto) van het biologisch instituut van de Universiteit Leipzig in 2013. Samen met zijn collega's identificeerde hij eerder onbekende elementen van het zenuwstelsel bij de dieren.
Maar ze houden duidelijk niet van langdurige warmte. Dat blijkt uit een studie (gepubliceerd in wetenschappelijke rapporten) van de bioloog Ricardo Neves van de Universiteit van Kopenhagen.
Het resultaat: 50% van de dieren die gedurende 24 uur aan een temperatuur van 37,1 °C werden blootgesteld, overleefden het niet.
Dit betekent dat zelfs deze dieren, die bekend staan als overlevers, te lijden kunnen krijgen van klimaatverandering en opwarming van de aarde.
In 2019 stortte een Israëlisch ruimtevaartuig neer op het maanoppervlak. Bij de crash kwamen ook tal van beerdiertjes vrij. Wie weet leven zij nu op de maan...