De EU en VS hebben moeite om wapens aan Oekraïne te leveren

De inval van Rusland in Oekraïne begon bijna tien maanden geleden. De meeste westerse landen die zich achter de regering van Zelensky hebben geschaard, dachten dat het conflict sneller afgelopen zou zijn. Nu lijkt het erop dat de overwinning af zal hangen van het uithoudingsvermogen van de Russen en de Oekraïners.

Gezien de omstandigheden beginnen de Verenigde Staten en andere NAVO-landen zich in allerlei bochten te wringen om Oekraïne te bewapenen en hun eigen arsenalen gevuld te houden.

Een functionaris met directe kennis van de Amerikaanse wapenlevering vertelde CNN dat de voorraden van sommige systemen 'slinken' omdat er een 'beperkt aantal' reserves zijn die het land kan sturen.

CNN onthulde ook dat bondgenoten zich zorgen maken over het voldoen aan de Oekraïense vraag naar artilleriemunitie van 155 mm en schoudervuurraketten van het type Stinger.

The New York Times beweert dat de VS bepaalde belangrijke wapens niet zomaar weg kan halen uit regio's als Taiwan en Korea. Ondertussen slokt de oorlog tussen Rusland en Oekraïne de wapenvoorraad op.

Aan de andere kant hebben de Europese landen zich ook niet voorbereid op een conflict van deze proporties. Het was lange tijd ondenkbaar voor Europa dat zoiets in de 21e eeuw zou gebeuren.

Volgens The New York Times vliegen beide partijen door hun wapens en munitie heen in een tempo dat sinds de Tweede Wereldoorlog niet meer is voorgekomen.

De wapensector kon het tempo van andere conflicten, zoals dat van de NAVO in Afghanistan, nog wel bijhouden. Maar Oekraïne vergt veel meer materiaal.

"Één dag in Oekraïne is een maand of meer in Afghanistan," vertelde defensie-expert Camille Grand van de EU-raad voor Buitenlandse Zaken aan The New York Times.

De New York Times legt uit dat de productie van artillerie achterblijft bij de vraag. "Afgelopen zomer schoten de Oekraïners in de regio Donbas elke dag 6000 tot 7000 artilleriekogels af," staat in het artikel. "Ter vergelijking: de Verenigde Staten produceren slechts 15.000 kogels per maand."

Ondanks de moeilijkheden hebben de VS hun toezegging om Oekraïne te helpen nogmaals bevestigd. Ze willen dat uiteraard doen zonder hun eigen bevoorrading in de rest van de wereld in gevaar te brengen.

CNN meldde echter dat de kwestie discussie oproept binnen het ministerie van Defensie. Terwijl sommigen beweren dat de VS Oekraïne niet meer volledig kan bijstaan, zeggen anderen dat het een subjectieve inschatting is dat de VS "bijna geen voorraden meer heeft." Dat vertelde een hoge defensiefunctionaris aan The New York Times.

Mark Cancian van het Center for Strategic and International Studies schreef in september dat over het algemeen "de aantallen die aan Oekraïne worden gegeven relatief klein zijn, vergeleken met de Amerikaanse voorraden en productiemogelijkheden." Toch zei hij ook dat "sommige Amerikaanse voorraden het basisniveau bereiken dat nodig is voor oorlogsplannen en training."

Volgens CNN voelt de VS druk op zijn reserves omdat de Europese bondgenoten de Oekraïense vraag niet 'voldoende' kunnen ondersteunen.

Europa heeft het moeilijk om wapens naar Oekraïne te sturen en tegelijkertijd de voorraden van hun eigen strijdkrachten op peil te houden.

De meeste wapens zijn afkomstig van grotere landen, zoals Frankrijk en Duitsland, maar kleinere lidstaten in de buurt van de frontlinies, zoals Estland of Litouwen, dragen ook bij. Het is met name voor die landen moeilijk om hun arsenaal op peil te houden.

De meeste Europese NAVO-leden beschikken over wat sommige officieren een "bonsai-leger" noemen. Ze staan hoge percentages van hun arsenaal af aan Oekraïne, maar omdat ze niet veel hebben, is dat totaal aan wapentuig telkens onvoldoende.

De NAVO heeft er bij de Europese landen op aangedrongen minstens 2% van hun Bruto Binnenlands Product (BBP) aan bewapening te besteden.

Volgens The New York Times hebben de NAVO-landen tot nu toe ongeveer € 38 miljard aan wapentuig aan Oekraïne geleverd.

Associated Press meldt dat landen als Estland, Noorwegen, Slovenië en Tsjechië ongeveer 40% van een deel van hun arsenalen hebben toegezegd.

Het artikel van Associated Press legt uit dat Europese landen geen sterke defensiesector meer hebben waarmee ze snel vervangend materiaal kunnen fabriceren. Door bezuinigingen in defensie kunnen ze nu niet snel en veel aan Oekraïne leveren.

Het tekort plaatst de bondgenoten van Zelensky voor een dilemma: moeten ze hun voorraad blijven doorsturen en daardoor zelf kwetsbaarder worden, of moeten ze de levering staken en het risico lopen hun bondgenoot alleen te laten?

Defensieminister Hanno Pevkur van Estland vertelde AP dat de voorraaddruk 'voortdurend' ter sprake komt in kleinere NAVO-landen. Dit gebeurde onder meer na een NAVO-bijeenkomst waar defensiesecretaris Lloyd Austin (foto) er bij de leden op aandrong "diep te graven en extra vermogen te leveren."

"In bepaalde situaties is zelfs het woord overschot niet van toepassing. We hebben voor onszelf slechts een absoluut minimum overgehouden", vertelde Dovilė Šakalienė, lid van het Litouwse parlement, aan AP.

(Op de foto: Duitse versterkingen die in februari 2022 naar Litouwen werden gestuurd)

Ook grotere Europese landen worstelen met bevoorrading. Volgens AP heeft Duitsland al toegegeven te weinig wapens te hebben. De New York Times meldt dat Frankrijk ook terughoudend is om meer te leveren.

De Fransen hebben al minstens 18 moderne houwitsers van het type Caesar heeft gestuurd, wat neerkomt op ongeveer 20% van zijn artillerie. Ook hebben ze een fonds van € 190 miljoen opgericht voor Oekraïne om hun wapens te kopen.

De ondersecretaris van Defensie in de VS, Colin Kahl, vertelde CNN dat het Oekraïense conflict aantoont hoe hard het nodig is om de Amerikaanse industriële defensiebasis efficiënter te maken. De trage productie van de Amerikaanse industrie heeft ook gevolgen voor Europese landen die hun arsenaal van de VS kopen.

Na de Koude Oorlog is de Europese defensie-industrie sterk gekrompen. Arsenalen waren geen prioriteit meer voor deze landen, en een dominante Amerikaanse industrie verdrong buitenlandse concurrenten door aan de lage Europese vraag te voldoen met contracten met een lange looptijd.

Max Bergmann, de Europese directeur van het Center for Strategic and International Studies, vertelde aan AP: "We wilden graag dat [Europese landen] Amerikaans kochten," maar dat heeft ook gevolgen voor de kracht van Europa's defensiemarkt.

Ondertussen zijn de kleine landen in de buurt van Oekraïne bezorgd dat Rusland zijn strijdkrachten sneller aan zal vullen dan zij. "Onze inschatting is dat Rusland hun capaciteiten snel herstellen," zei de Estse defensieminister Hanno Pevkur tegen de AP. Daardoor worden de kleine landen veel kwetsbaarder.

Pevkur waarschuwde dat Poetin de wapenindustrie zou kunnen bevelen om 24 uur per dag te produceren. Volgens hem heeft Rusland een deel van zijn troepen naar de wapenproductie gestuurd in plaats van naar de frontlinie. The New York Times relativeert deze zorgen van de Estse minister door te melden dat ook de Russen tekorten hebben.

In november stuurde de regering-Biden een brief aan het Congres waarin ze nog eens verzocht om € 36 miljard extra geld voor Oekraïne vrij te maken. Volgens CNN is het ministerie van Defensie van plan een deel van het geld te besteden aan "uitrusting voor Oekraïne, aanvulling van de voorraden van het ministerie van Defensie, en voor voortdurende militaire, inlichtingen- en andere defensieondersteuning."

De dominantie van de Republikeinen in het Huis, sinds de recente verkiezingen, kan ervoor zorgen dat Bidens plan voor extra financiering wordt vertraagd.

CNN weet te melden dat de nieuwe Republikeinse leider van het Huis, Kevin McCarthy, de voortzetting van de financiering van Zelensky's verdediging steunt. Hij waarschuwde echter ook dat de Republikeinen het Europese land geen 'blanco cheque' zullen geven.